Brabantse Wal - Kalmthoutse Heide

De geosite Brabantse Wal – Kalmthoutse Heide is een groot en divers gebied met verschillende landschappelijke elementen en geologische fenomenen. Typerend is de steilrand van de Wal, die van ver recht lijkt te zijn, maar van dichtbij sterk gelobd met vooruitstekende ‘kapen’ en ‘baaien’ waarin duidelijk ingesneden beekdalen uitkomen. Zo’n twee miljoen jaar geleden, in het begin van het pleistoceen, was het gebied van de Brabantse Wal onderdeel van een groot estuarium van Rijn en Maas, waarin vanuit het zuiden ook rivieren uit het Scheldebekken uitmondden. In dat estuarium werd tussen 2 en 1,6 miljoen jaar geleden een afwisseling van zandige en kleiige lagen afgezet die nu de ondergrond vormen van de Brabantse Wal. 

51.495437969961, 4.28494775

Geologische kaart

Vorming van de Wal

Na de afzetting van de Formatie van Waalre verplaatsten de lopen van Rijn en Maas zich en verdwenen ze uit het gebied. Vanaf zo’n miljoen jaar geleden kwam West-Brabant geleidelijk omhoog en werden de afzettingen uit het Scheldebekken weer geërodeerd. De stevige kleilaag aan de top van de Formatie van Waalre bood weerstand tegen die erosie en zo ontstond de steilrand. Van de lange periode van anderhalf miljoen jaar tussen de afzetting van de Formatie van Waalre en de laatste ijstijd zijn bijna geen sporen overgebleven. Alleen een dun grindlaagje op de klei scheidt de vroegpleistoceense Formatie van Waalre van het laatpleistoceense dekzand. Het ‘Scheldegrind’ bleef achter nadat de fijnere delen uit de afzettingen wegspoelden door beken of wegstoven door de wind. 

Buitenplaats Mattemburgh, Brabantse Wal (gemaakt door Nick Franken)

Einde van de laatste ijstijd

Op het einde van de laatste ijstijd stond het zeewater veel lager en een groot deel van de Noordzee zelfs droog. Het gebied van de Brabantse Wal was onderdeel van een uitgestrekte poolwoestijn. In het droge en koude klimaat zette de wind over het hele landschap een laag dekzand af. In diezelfde periode stroomde de Schelde aan de voet van de Brabantse Wal van Antwerpen naar het noorden. In de jonge dryas, een laatste koude oprisping van de ijstijd, werden grote hoeveelheden zand uit het Scheldedal op de flank en de hoge kant van de Brabantse Wal geblazen. Het zand werd boven op de Wal afgezet in een brede gordel van rivierduinen, vaak met een parabool- of sikkelvorm.  

Fort Henricus West Brabantse Waterlinie, Brabantse Wal (gemaakt door Nick Franken)

Na de ijstijd

Door het betere klimaat na de laatste ijstijd raakte het landschap snel begroeid met bos. Daardoor stopten de zandverstuivingen en stabiliseerden de rivierduinen zich. Vooral vanaf de late middeleeuwen gingen de rivierduinen van de jonge dryas opnieuw stuiven door de sterk toenemende menselijke invloed op het landschap. Mogelijk speelden ook klimaatveranderingen een rol, met meer en extremere stormen. Aan de oostrand van de duingebieden liggen opvallend steile en hoge kamduinen of stuifzandwallen die een duidelijke grens vormen met het veel vlakkere dekzandlandschap in het oosten. Die zijn ontstaan toen de mens de historische zandverstuivingen vastlegde door de hellingen te beplanten met eikenhakhout. 

Kalmthoutse Heide, Kriekelareduinen (gemaakt door Ed Kil)

Stijgend zeepeil na de ijstijd

Nergens in Nederland is de overgang van het dekzandlandschap naar de polders van het zeekleigebied zo abrupt als bij de Brabantse Wal. Van de zeventiende tot de twintigste eeuw werd het opgeslibde gebied stapsgewijs bedijkt vanaf de Brabantse Wal. Het opslibbingsniveau van de schorren volgt de stijging van het hoogwaterpeil, waardoor de jongste schorren hoger opgeslibd zijn. De oudste polders zijn bovendien gezakt doordat de ondergrond bestaat uit een dunne laag zeeklei op veen. Door de lagere ligging zijn de oudste polders natter dan de jonge. Dat effect wordt nog versterkt door grondwaterkwel vanaf de hoge zandgronden op de Brabantse Wal. Kleine en grotere groeven en uitgravingen in de steilrand van de Brabantse Wal getuigen van de vroegere belangrijke baksteen- en kalkzandsteennijverheid in het gebied. Daarvoor werden de klei- en zandlagen van de Formatie van Waalre en de bovenliggende dek- en stuifzanden ontgonnen. 

Bezoek via: Putsesteenweg 129, 2920 Kalmthout