Ontstaan van het landschap
In het pleistoceen kwamen de voorlopers van de huidige rivieren van het Scheldebekken samen in de Vlaamse Vallei. Op het einde van de laatste ijstijd werd die vallei afgedamd door de dekzandrug Maldegem-Stekene en vormde zich de huidige loop van de Schelde. Aan de voet van de dekzandrug vormden zich in de warmere fasen meren en een meanderende rivier die het meer in de Moervaartdepressie ontwaterde. Rond 12.850 jaar geleden droogde de Moervaartdepressie uit en de meandergeulen raakten gevuld met sediment en veen. Die meanders zijn er niet meer, maar zijn nog altijd herkenbaar aan de banden veen onder het kleidek van de Durmevallei. In het laatholoceen voerde de landbouw weer meer water en sediment af, wat zorgde voor erosie. Er ontwikkelde zich een nieuw meanderend systeem, maar veel kleiner dan zijn laatglaciale voorloper. De rivier kwam in grote lijnen overeen met de huidige loop van de Durme.